Nieuws

>

Kris Vansnick bouwt aan nieuw Belgisch succes

Kris Vansnick bouwt aan nieuw Belgisch succes

Algemeen

wo, 27 sep 2023

Al enkele jaren combineert Kris Vansnick het trainerschap bij Asterix Avo Beveren met een functie als assistent bij de Yellow Tigers. Tot begin juli, wanneer hij plots gebombardeerd werd tot bondscoach.

Vorige zondag nog op het Olympisch kwalificatietoernooi in Japan, deze zondag de Supercup in België. Dat is de ongewone spreidstand voor Kris Vansnick. Bekomen van een speciale zomer zit er nog even niet in. “Het was een heftige zomer die lang duurde. Door de gekende perikelen, maar ook door het EK in eigen land. Vorige week speelden we nog tegen de absolute top van de wereld voor een plaatsje in Parijs. Het resultaat daar was niet helemaal zoals gehoopt met nederlagen tegen Puerto Rico en Argentinië. Daardoor is het niet echt realistisch om alsnog door te stoten naar de Olympische Spelen.”

“Maar er waren ook wel heel wat lichtpuntjes. Charlotte Krenicky toonde zich aan de pas, Pauline Martin was een waardig alternatief als hoofdaanvalster en Manon Stragier bleek niet alleen serverend maar ook aanvallend een meerwaarde in dit team. Er moeten zeker nog stappen gezet worden om terug op het niveau van de Volley Nations League te komen, maar er wordt gewerkt met een goede groep die zich maximaal inzet.”


Klassiekere tactiek

De Yellow Tigers hebben een opvallend jonge groep die toch nog heel wat progressiemarge heeft. “We hebben duidelijk ingezet op het verbreden van de kern. We zullen nu ook collectief moeten groeien, maar daarvoor is het ook belangrijk dat de speelsters professioneel op clubniveau kunnen werken. We zien in België een aantal projecten waar dat mogelijk is en dat is alleen maar goed.”

“We hebben ook naar oplossingen moeten zoeken door het uitvallen van Britt Herbots. We zijn daardoor ook omgeschakeld van onze typische speelstijl met 3 middenspeelsters naar een klassiekere tactiek met hoofdaanvalster. Omdat Pauline Martin een jaar lang niet gespeeld had, groeide ze ook door de zomer. Door nu voor Vilsbiburg te kiezen, komt ze terecht in een goede club voor haar waar ze zeker nog stappen kan zetten.”

De volleybalzomer startte nog met Vansnick als rechterhand van Gert Vande Broek, maar op 12 juli schoof hij een plaatsje naar voor op. “Ik heb veel geleerd van Gert en qua training en tactiek zal je dat zeker ook herkennen. Natuurlijk legde ik hier en daar eigen accenten. Er kwamen enkele mensen bij met internationale ervaring die mijn klankbord werden binnen de ploeg: Alper Hamurcu, Andrea Panzeri, Paul Sens… Met hen maak ik de keuzes als bondscoach. Maar natuurlijk hoor ik Gert nog wel op sociaal vlak. Hij is en blijft een goede maat. Op het moment van zijn vertrek is hij ook familiaal door een zware periode gegaan door het overlijden van zijn moeder. Dan wou ik er zijn voor hem.”

“Het is de bedoeling om verder te gaan tot 2028. Omdat Koen Hoeyberghs in april volgend jaar stopt als technisch directeur, is er op dit moment nog niet veel zicht op de lange termijn. In de tweede helft van oktober heb ik contact met de speelsters om de volgende zomer al voor te bereiden. We willen de Euro League winnen om terug naar de Volley Nations League te gaan. Daar zijn heel wat punten voor de wereldranglijst te rapen en die ranking wordt vanaf nu gebruikt om te bepalen welke ploegen naar het tweejaarlijkse WK mogen.”


Toplibero

Maar dus eerst horen de ogen op de vaderlandse competitie dat recent het nieuws haalde door het forfait van Genk. “Dat is heel spijtig voor het volleybal. Er zijn plots maar 9 ploegen waardoor er altijd één ploeg vrij is en er zijn plots ook minder kansen voor Belgische speelsters. Nu ja, er zijn al wat talenten uitgezwermd naar andere ligaploegen, maar het is gewoon geen goede boodschap.”

Aan uitdagers voor Asterix alleszins geen gebrek in de nieuwe competitie. “Om te beginnen Gent, onze tegenstrever in de Supercup. Zij versterkten zich met Jodie Guilliams en twee Nederlandse speelsters. Met Iris Vos kwam er bij ons ook een Nederlands talent en hopelijk kunnen onze Belgische meisjes zich opnieuw tonen. Daarbij ook Noor Debouck die haar kans op de libero zal krijgen nadat Britt Rampelberg een fantastisch seizoen verzilvert en naar Roemenië trekt. Op het Olympisch kwalificatietoernooi was zij bij de top 3 van beste libero’s. Dat is een positie die wel eens minder aandacht krijgt, maar het is een schitterende prestatie. Wij hebben een rijke traditie om het goed te doen als club, maar dat is natuurlijk geen garantie op succes.”

Want er zijn meer kapers op de kust. “In het project van Oudegem met Fien Callens schuilt ook heel wat talent. Zij haalden Marlies Janssens en hebben met onder meer Nikita De Paepe ook jonge Belgische talenten. Daarnaast kijk ik ook uit naar wat Roeselare kan met Vandewiele, Flament, en het jonge talent Radovic omringd door Leys en De Leeuw. Zij zullen spelen in Schiervelde, dus dat zal ook speciaal zijn. Verder heb je aan de andere kant van de taalgrens ook Charleroi en Tchalou die zich met heel wat buitenlands talent hebben versterkt.  Het is positief dat ons Belgisch talent hier kan rijpen, maar de kloof met de Europese top gaapt wel.”

“Het is echter ook een uitdaging om alle jonge Belgische speelsters warm te maken voor een zomer met de nationale ploeg. Het is misschien niet zichtbaar, maar de Yellow Tigers moeten echt wel heel veel opgeven om te staan waar ze staan. Op vakantie gaan is bijvoorbeeld geen optie als je ook wil presteren op het hoogste niveau. Nochtans beleef je de mooiste momenten met de nationale ploeg: een volle zaal in Tokyo of een EK in eigen land. Dat is gewoon genieten.”
 
Tekst: Vincent Libin