Volley Haasrode Leuven als enige club met twee teams in Liga

Volley Haasrode Leuven. De mannen speelden een knappe heenronde met enkele uitschieters. Maar de naam van de club is meer dan alleen de prestaties van de mannen. Het is immers de enige club die een ploeg in Liga A heeft bij mannen én vrouwen.

“Dat is niet evident,” opent Jan Goedhuys, voorzitter van de Leuvense volleybalploeg. De twee grootste uitdagingen zijn het organisatorische en het financiële luik. We spelen elke week een topmatch op het hoogste niveau en kunnen niet alle middelen investeren in één ploeg. Daarbovenop willen we ook onze andere leden niet uit het oog verliezen. Zo is onze jeugdwerking een belangrijke derde zuil.”

“Voor de fusie zaten mannen en vrouwen apart in het Leuvense. Er was vroeger veel versplintering in de Leuvense volleybalwereld. Wij vinden het een sterkte om één sterke club te hebben met een piramide bij mannen en vrouwen. De goede onderbouw is even belangrijk als de topploeg bovenaan.”

Er is natuurlijk wel een verschil tussen mannen- en vrouwenvolleybal in België. “Bij de heren zijn er grotere budgetten. Ons budget verdwijnt in het niets naast dat van Maaseik of Roeselare. Desondanks doen we het wel goed met beperktere middelen. Het gaat er natuurlijk ook om wat je met je geld doet. Veel draait om het vinden van de juiste mensen.”

Langstzittende coach

Onlangs werd wel duidelijk dat zo’n juiste mens volgend jaar de club verlaat. Kris Eyckmans, bezig aan zijn elfde seizoen als trainer bij de mannen van Leuven, verlaat de club na dit seizoen om technisch directeur topsport van Volley Vlaanderen te worden. “Hij is de langstzittende coach in de liga. Dat wil wel iets zeggen. Hij is ook veel meer dan een trainer. Kris groeide uit tot een vriend, maar bovenal is het een man met heel veel volleybalkennis en de ideale keuze voor de job. We hebben heel erg lang gepraat, maar gunnen hem die kans volledig. Hij heeft onze club ook helpen groeien. Stapje per stapje.”

“Met Hendrik Tuerlinckx hebben we volgend jaar een nieuwe coach aan het begin van zijn carrière. Net zoals Kris ook bij ons eerst speler was en dan als trainer overnam. Hij heeft ons overtuigd dat hij ons kan helpen om te blijven groeien als ploeg en club. Stap voor stap. Enkele jaren geleden waren de komst van Tuerlinckx en Valkiers een essentieel deel van een professionelere werking bij de heren. Dat zulke namen geloven in het project is bijzonder belangrijk.”

Terwijl de heren zich tot de Belgische subtop mogen rekenen, is dat bij de vrouwen nog niet het geval. “We willen ook daar met kleine stappen groeien. Het is goed om weten dat we na dit seizoen niet kunnen zakken door het forfait van Genk. Dat geeft weer wat meer rust. Volgend jaar willen we dan sportief wat beter doen dan dit jaar. Daar zijn we nu al aan bezig.”

“Los van vrouwen of mannen: de sprong van eerste nationale naar Liga A is immens. De accommodatie moet voldoen en er zijn heel wat financiële eisen; bij de mannen nog scherper dan bij de vrouwen. Daarom pleit ik al even voor een beschermde omgeving met een gesloten circuit zodat je rustiger kan werken zonder schrik voor degradatie, maar met het oog op een stabiele club. Volgens de federatie neemt dat echter spankracht van de competitie weg. Een argument dat ik begrijp, maar ik vermoed dat er eerst andere hordes te nemen te zijn.”

1 000 thuiswedstrijden

De vraag is of de club toch misschien een voorkeur heeft voor één van de drie zuilen – mannen, vrouwen en jeugd. “We willen eigenlijk samen groeien en dat is tot nog toe altijd ook gelukt. Door met gelijke snelheid vooruit te gaan, krijg je geen onevenwicht in de club. Elk onderdeel heeft natuurlijk andere uitdagingen. Zo willen we de jeugd in goede omstandigheden laten spelen. Dat zijn 250 leden, 38 ploegen en 1 000 thuiswedstrijden. Het is echt een huzarenstukje om die organisatorische puzzel te laten passen met 6 verschillende zalen om in te spelen. Maar ook voor onze mannen- en vrouwenploeg zijn de prioriteiten verschillend.”

Toch blijft het opvallend dat alleen in Leuven alles onder één noemer valt, terwijl bij Gent en Roeselare de dames en de heren in twee aparte clubs spelen. “Ik kan alleen spreken voor mijn club. Wij hebben een prima communicatie met de stad en helpen zo elkaar. Het is een win-winsituatie. Je bent ook krachtiger om als één geheel naar buiten te komen.”

“Er zijn altijd weer nieuwe kansen voor onze club om te verbeteren. We doen dat bedachtzaam. Sinds dit jaar spelen we met de mannen in de Sportoase, maar die verandering hebben we wel gedurende twee jaar intensief voorbereid in samenspraak met Leuven Bears, Sportoase en de stad Leuven. Dat is onze manier van werken die succesvol bleek tot op vandaag en welke weg we willen blijven bewandelen.”

Tekst: Vincent Libin